Raadsbijdrage 28 oktober 2014 "Meerjarenbeleidskader Jeugdhulp"
Voorzitter,
Het afgelopen jaar is ongelofelijk hard én voortvarend gewerkt door de Ridderkerkse ambtenaren aan het voorliggend beleidskader jeugdhulp, met als uitvloeisel daarvan de verordening en het uitvoeringsplan 2015.
Het aantal vragen dat de ChristenUnie, net als andere fracties, heeft gesteld in de commissievergadering van 2 oktober jl. geeft wat ons betreft niet aan dat het beleidskader verre van compleet is, of zeer onduidelijk. Integendeel, zou ik willen zeggen. Het geeft wel aan welk belang wij als fractie, en ik denk dat ik kan stellen dat dit voor de gehele raad geldt, hechten aan het duidelijk en compleet vastleggen van de kaders voor de jeugdhulp in Ridderkerk.
De ChristenUnie wil op een aantal punten van deze decentralisatie van de jeugdzorg nogmaals de aandacht vestigen.
Preventie
De grootste uitdaging in het nieuwe jeugdstelsel is 'de hulp en ondersteuning bij opvoeden en opgroeien' integraler, eenvoudiger en sneller (preventief) te organiseren. Hierdoor wordt het mogelijk om de kwaliteit van jeugdhulp te verbeteren en het beroep op voorzieningen, in het bijzonder de specialistische hulp, te verminderen. De ChristenUnie is blij met de duidelijke inzet op preventie, omdat daarmee het beroep op zwaardere zorg verlaagd kan worden.
PGB's en identiteitsgebonden zorg
Ook zijn we blij met de keuzevrijheid, welke wordt aangeboden middels het persoonsgebonden budget (pgb). Onder andere identiteitsgebonden zorg is hierdoor mogelijk. Het kiezen voor een pgb betekent wel dat een ouder, eventueel met ingeschakelde hulp, zelf regie moet voeren op het pgb en een zorg- en budgetplan moet opstellen. Kan de wethouder aangeven of hiermee in alle gevallen de identiteitsgebonden zorg is gegarandeerd, mits uiteraard het zorg- en budgetplan akkoord is? Of kunnen het ontbreken van een netwerk en de te hoge kosten van een pgb-bureau in sommige gevallen, tegen de wens van een zorgbehoevende in, leiden tot noodzakelijk gebruik van de door de gemeente ingekochte zorg?
Samenwerking met Sociale teams
In Ridderkerk is gekozen om de Jeugd- en gezinsteams (de JGT's) vooralsnog als apart team naast de sociale teams te laten opereren, met uiteraard de toezegging dat er goed zal worden samengewerkt tussen beide teams. De ChristenUnie kan zich op dit moment vinden in deze keuze. Speciale aandacht vragen we wel voor de groep 18-23 jarigen, die bij zorg te maken krijgen met een overgang van Jeugdwet naar WMO. Voor deze jongeren zou de op dat moment geboden zorg, evt. op basis van hun pgb, niet als gevolg van de wettelijke overgang moeten stagneren en/of tot een heleboel administratieve rompslomp moeten leiden.
Voorkomen van fouten
Het in het beleidskader opgenomen schema waarin de positie van de JGT's ten opzichte van het voorveld wordt weergegeven, geeft al aan dat er veel verschillende rollen, taken en accenten te benoemen zijn. Het is de taak van de JGT's om daar de centrale spil in te zijn, de overview en de integraliteit te bewaken. Dat zal een klus op zich zijn. In iedere nieuwe organisatie van deze omvang zal het evident zijn dat er in de beginfase missers worden gemaakt, of op zijn minst onduidelijkheden zullen zijn in rollen en verantwoordelijkheden, hoe goed ook vooraf vastgelegd. Dergelijke omissies zouden op zich ingecalculeerd kunnen worden in een opstartfase, ware het niet dat het hier om kwetsbare en jeugdige personen gaat. Daar moeten we dus de grootst mogelijke zorgvuldigheid in betrachten. Fouten, 'van het kastje naar de muur' en 'tussen wal en schip' moeten we dus te allen tijde voorkomen. Dat is ook de grondtoon van het voorliggende beleidsdocument, maar graag willen we hier als ChristenUnie nogmaals de aandacht op vestigen.
Pleegzorg
Een aspect van jeugdzorg dat niet lokaal, maar bovenlokaal wordt georganiseerd is de pleegzorg. Financieel en in het kader van emotionele ontwikkeling van het kind is plaatsing in een pleeggezin verreweg te prefereren boven plaatsing in een gezinshuis. Maar dan moeten er natuurlijk wel voldoende pleeggezinnen zijn. Heeft ook deze vorm van 'vrijwilligheid' de aandacht van ons college, en op welke manier zouden er meer pleeggezin-plekken kunnen worden gecreëerd?
Monitoring
Tot slot, vanaf 1 januari (of mogelijk nog wat eerder) wordt er gestart met de oprichting en inrichting van de 3 JGT's. Vanaf dat moment is het zaak om goed de vinger aan de pols te houden voor de ontwikkelingen, zowel de inhoudelijke jeugdzorg als ook de financiële kant ervan. Aan ons de taak om te laten zien dat we, ondanks de door het rijk opgelegde bezuiniging, met efficiëntie en uitgaand van de eigen kracht van de mensen kunnen waarmaken dat onze jeugd nog steeds de zorg kan ontvangen die het nodig heeft. Om zo in een veilige omgeving te kunnen opgroeien en zijn of haar talenten te kunnen ontwikkelen.
Als raad zullen we daar op moeten controleren, wanneer we straks deze kaders hebben vastgesteld. In commissieverband heeft de ChristenUnie al aangegeven richting de wethouder dat we vóór de invoeringsdatum van 1 januari 2015 duidelijkheid willen hebben over de prestatie-indicatoren aan de hand waarvan we de voortgang binnen de jeugdzorg kunnen monitoren, en de manier waarop de raad periodiek wordt geïnformeerd. Mogelijk kan de wethouder inmiddels al iets meer zeggen over monitoring en evaluatie? Tevens hebben we gevraagd om het uitvoeren van een nulmeting, zodat we bij een eerste evaluatiemoment halverwege 2015 een eerste vergelijking met het vertrekpunt in januari kunnen maken. Dit zou gedeeltelijk het huidige gemis aan kentallen kunnen goedmaken. We zijn blij dat de wethouder dit idee omarmt en haar best hiervoor gaat doen.
De fractie van de ChristenUnie wil het college, de uitvoerende ambtenaren én alle organisaties die een bijdrage leveren aan deze transitie, Gods zegen toewensen in deze belangrijke taak.
Robert Kooijman
Raadslid ChristenUnie